Ik zet me voorzichtig af en de schommel begint te bewegen. Steeds harder net als vroeger. Haren in de wind, mijn benen in de lucht. Als ik mijn ogen sluit voel ik het in mijn buik. De kriebel waarom ik dit boek wil schrijven. Waarom ik deze weg wil bewandelen. En waarom ik ervan wil genieten. Van de gesprekken die ik wil voeren, de dingen die ik wil uitzoeken, het puzzelen met woorden en zinnen, het dagdromen en het luchtfietsen. En hoewel een boek me nog steeds het mooiste lijkt wat er is, komt er misschien wel iets veel mooiers uit. Of niet mooier maar anders mooi. Of gewoon anders.
Daarvoor moet ik gewoon de weg maar gaan, aldus een malle ouwe beer.
Voor het kennen van de Weg,
moeten we gewoon op Weg.
Je dingen doen,
liefst met plezier.
Dat hoeft niet Daar,
je kan het ook Hier.
Heel simpel op de Poeh-manier,
Maar ga niet Zoeken naar de Weg,
want je zal zien, dan is hij weg!
Ik ben ik
en jij bent jij,
dat weten we allebei;
maar als je nu de dingen doet,
de dingen die jij kan,
dan vind je neus de Weg vanzelf,
en de Weg komt achter je an!
Tao van Poeh, Benjamin Hoff
Geen opmerkingen:
Een reactie posten